Speciale afspraken ten gunste van huurders van woonruimte in verband met het coronavirus
Op 26 maart jl. is in een gezamelijk statement bekendgemaakt dat de minister van Milieu en Wonen en de verhuurdersorganisaties en brancheverenigingen (Aedes, IVBN, Kences, Vastgoed Belang) met elkaar hebben afgesproken om huurders op een aantal vlakken tegemoet te komen. Zij hebben daarom onder andere de volgende afspraken gemaakt:
- verhuurders zullen hun huurders proactief wijzen op de bestaande mogelijkheden maar ook op de mogelijkheden die de (recent) getroffen maatregelen bieden voor ondersteuning bij hun financiële situatie, bijvoorbeeld door het plaatsen van links op hun websites;
- verhuurders zullen zich maximaal inspannen om (binnen de grenzen van hun mogelijkheden) te zoeken naar maatwerkoplossingen voor huurders die in de betalingsproblemen zijn gekomen door het coronavirus;
- verhuurders zullen geen incassokosten doorberekenen aan huurders die door het coronavirus in de problemen zijn gekomen;
- huisuitzettingen worden gedurende de crisisperiode uitgesteld, tenzij er evidente redenen zijn zoals criminele activiteiten of extreme overlast;
- het Kabinet zal via spoedwetgeving mogelijk maken dat tijdelijke huurcontracten kunnen worden verlengd voor een tijdelijke periode tijdens de crisisperiode.
Er staan vooralsnog geen sancties op het niet naleven van de bovengenoemde afspraken door verhuurders. Indien blijkt dat afspraken niet nageleefd worden of verhuurders die niet aangesloten zijn bij een verhuurdersorganisatie toch overgaan tot huisuitzettingen, dan is reeds aangekondigd dat een wettelijke maatregel niet uitgesloten is. Het is echter wel de vraag in hoeverre de rechterlijke macht gedurende de crisisperiode ontruimingsprocedures zal behandelen. De rechtbanken, gerechtshoven en bijzondere colleges zijn namelijk sinds 17 maart jl. dicht om de verspreiding van het coronavirus tegen te gaan. Hierdoor vallen in principe alle rechtszaken stil. Alleen urgente zaken gaan door en in de Kamerbrief d.d. 26 maart jl. staat weergegeven dat huisuitzettingen door de rechtbanken niet worden aangemerkt als urgente zaken, tenzij de rechter in kort geding oordeelt dat de zitting moet doorgaan (alleen in geval van superspoed). In zulke zaken vinden dus voorlopig, uitzonderingen daargelaten, geen mondelinge behandelingen plaats.
Het statement en de Kamerbrief d.d. 26 maart jl. zijn te raadplegen op de website van de Rijksoverheid (www.rijksoverheid.nl). Zodra de inhoud van de spoedwetgeving aangaande de verlenging van tijdelijke huurcontracten bekend is, laten wij u dit weten.